Sunday, March 31, 2024

Willem Dircksz. de Lange and Johannes van den Bergh on Kristina's abdication and her/his/their eagerness to get out of Sweden and see the world, year 1654 (New Style dates used)

Source:

Reyse van hare doorluchtige majesteyt Christina, koninginne van Sweeden, gedaen door de Nederlanden, Duytslant, Vranckrijck, Italien, en andere gewesten des werelts, van haer eerste uyt-tocht uyt Sweeden, in den jare 1654 tot haer wederkomste in den jare 1660, pages 1 to 3, published by Willem Dircksz. de Lange, 1660
Reyse van hare Doorluchtige Majesteyt Christina, Koninginne van Sweden, gedaen door de Nederlanden, Duytslant, Vranckrijck, Italien, en andere gewesten des werelts, volume 1, pages 1 to 5, published by Johannes van den Bergh, 1660

Above: Kristina.

The account:

Reyse van
CHRISTINA
Koninginne van Sweden,
Gedaen door Nederlandt, Duytslandt, Vranckrijck, Italien, &c.
Een Koninck en alleen Heerscher te zijn / heeft groote Naem / maer weynig rusts / veel moeyte / arbeydt / sorgen / gevaer / en by verscheyde Lieden stanck voor danck; ghelijck ons de ondervindinge voor waerachtig bewijst / in Demosthenes en Themistocles, volgens 't gene Ælianus en Plutarchos daer van getuygen / seggende: dat de gevaren / moeytens en arbeyden / tot de verkrijginge der Eer-ampten en Heerlijckheden in vergelijckinge waren als twee wegen: waer van de eene sich uytstreckte tot Staet / Majesteyt / Heerlijckheydt en Aensien / en d'ander tot de Doodt. Wanneer sy nu de keur hadden op een van dese twee wegen te wandelen / so souden sy hunne Wetten op die tot de doodt een nauwe toeganck had / voor de andere setten en bewandelen. Want dese wijse Mannen wisten seer wel / wat al moeyte / arbeydt / sorgh en gevaer by de Regeeringe wordt gebonden: en hoe veelvoudigh de sorgelijcke bedrijven zijn. Wat voorsichtigheydt daer toe behoort / en wat ongelucken daer aen kieven. Want / wanneer men alle dingen met de grootste vlijt verricht dan kan men daer door geen danck verdienen / maer men heeft voor lof / laeck te verwachten. Ja / sy moeten lyden dat elck hen op de tongh draeght / richt / berispt / schelt en versmaet. En wanneer se hun bevlijtigen / om de Burgerlijcke Vryheydt te beschermen / dan moeten sy yeders Knecht zijn / en hun eygen Vryheydt verliesen. Wanneer getrouwe Regeerders / sich op elck aengenaem soecken te maecken / dan worden sy om hunne verdiensten van elck gehaet. Wanneer sy het Gemeene-best bevorderen / dan plaghen sy hun eygen leven. Sy worden dagelijcks overloopen. Sy hebben meer beschicks / meer sorghs / en veel meer bekommerende gedachten / dan hairen op de pan / en schakelen aen een gouden keten / worden getelt.

Gelijck eenighsins kan worden gesien aen Similus, die van den Keyser Adrianus tot de tweede Persoon in 't Keyser-rijck verheerlijckt en afgedanckt zijnde / seven Jaren op zijn Landt een Burgerlijck leven voerde; des bemerckende / dat zijn sterf-uur begon te naken / sijn Graf-steen met dese woorden liet vervullen: "Hic Similis jacet cujus ætas multorum fuit annorum, ex quibus tantum septem vixit", 't geen vertaelt / dese sin heeft: "Hier onder ligt Similis Begraven, zijnde gekomen tot een hoogen ouderdom en veel jaren; doch hy heeft daer van niet meer dan seven volkomen geleeft." Betekenende / dat al die tijdt die hy ten Hoof geleeft had / voor geen leven was te schatten. Hier om hebben sommige 't Hof gheschat gelijck een Huys / 't welck van huysen een grooten en schoonen Gevel / maer van binnen geen gerijfen heeft.

Of het nu wel alsoo is / dat de verheerlijckte Menschen weynigh goede dagen / rust en vreede by hunne Heerlijckheydt hebben; soo bevinden wy evenwel dagelijcks / dat veel Lieden / om sulck een onrustigh leven / Eer en groote Naem te bekomen / niet alleen hunne Goederen / maar oock lijf en leven met voor-bedachten rade en vrywilligh / in het gevaer setten / onnoodigh de Historien daer van op te slaen / die ons een geheele menichte van sodanige souden aenwijsen.

Van een geheel andere aerdt en nature was Christina, Koninginne van Sweeden / Dochter van den Grooten Gustavus Adolphus, die Duytslandt / door het geklater van sijne Wapenen / en 't klincken van sijne Swaerden / heeft doen sidderen / en Munchen, Hooft-stadt in Beyeren, Zeege-pralende vermeestert; want als sy / eenige Erfgenaem des Rijcks / in volle heerlijckheyt en glans / als oyt een Koninginne ghehadt heeft / in den Jare 1650. met toestemmen van alle Rijcks-Raden door den Aertz-Bisschop van Upsalen, met uytnemende Toestel Gekroont wiert / heeft men hun al verder soecken te verheffen en te bevestigen in 't Rijck / door een Huwelijck met den Pals-Graef Karel Gustaef, haren Neef / maer sy alreede ghevoelt hebbende de bekommeringen en lasten der Ghekroonde Hoofden / heeft soodanigh Huwelijck met eerbiedt geweygert / toonende hun / of uyt Godtsdienstigheydt / of uyt eenigh ander insicht / meer tot de eensaemheydt / dan Trouw ghenegen; om de selve dan te veyligher te beleven / heeft haer van alle last en bestier der Regeeringe / uyt eygen drift / ontlast / en ontslagen / 't welck by sommige een wonderlijcke Deught / maer by de Verstandige / als de grootste sotheydt wiert geschat / die oyt in 't hooft van een Vrouwe soude mogen vallen / dragende dat op / den 16 dagh van Soomer-maent, 1654. den voor-seyden Karel Gustaef, makende haer selven van een Souverayn / een Ondersaet / niet van wegen eenige nootsaeckelickheydt / ofte onbequaemheydt / want wie sagh oyt wyser / voorsichtiger en kloeckmoediger Koninginne / als dese? maer als boven geseydt is / uyt eygen beweginge / liefde tot de Eensaemheydt / en lust om de werelt door te wandelen; Volghende hier in na Scipio Africanus, welcke als hy groote Lof / en treffelijcke Naem / door zijn Heerlijcke Daden verkregen had / meer dan oyt yemandt van de Romeynsche Hopmannen gehadt heeft / ginck het Hof van Romen begeven / en woonen in een kleyn Landt-huysken / by 't dorp Linternum / tusschen Pinsel en Capua, alleen met dit onderscheydt / dat Christina, nu los van de Regeeringe / de werelt wil gaen besichtigen / en eens uyt de Koper-bergen / en Steenrotzen / die de Gotten eertydts verlaeten hebben / daer hun Lof en Roem / dus langh / als besloten had geweest / eens aen Duytslandt, Vranckrijck, Italien, en andere Gewesten de selve bekent maken / ende soete Lucht vernemen; met welcke Reyse / by haer al voor drie ofte vier Jaren voor-genomen / wy 'er sullen volgen / en sien de vreemde voor-vallen / hun in de selve gebeurt / en hoe sy 'er selven in alles omsichtelijck heeft gedragen. ...

With modernised spelling:

Reize van Christina, koninginne van Zweden, gedaan door Nederland, Duitsland, Frankrijk, Italien, etc.
Een koning en alleen heerser te zijn heeft grote naam, maar weinig rust, veel moeite, arbeid, zorgen, gevaar, en bij verscheide lieden stank voor dank; gelijk ons de ondervindinge voor waarachtig bewijst in Demosthenes en Themistocles, volgens 'tgene Ælianus en Plutarchos daarvan getuigen, zeggende dat de gevaren, moeitens en arbeiden tot de verkrijginge der eerampten en heerlijkheden in vergelijkinge waren als twee wegen, waarvan de ene zich uitstrekte tot staat, majesteit, heerlijkheid en aanzien, en d'ander tot de dood. Wanneer zij nu de keur hadden op een van deze twee wegen te wandelen, zo zouden zij hunne wetten op die tot de dood een nauwe toegang had voor de andere zetten en bewandelen. Want deze wijze mannen wisten zeer wel wat al moeite, arbeid, zorg en gevaar bij de regeringe wordt gebonden, en hoe veelvoudig de zorgelijke bedrijven zijn, wat voorzichtigheid daartoe behoort en wat ongelukken daaraan kijven.

Want, wanneer men alle dingen met de grootste vlijt verricht, dan kan men daardoor geen dank verdienen, maar men heeft voor lof laak te verwachten. Ja, zij moeten lijden dat elk hen op de tong draagt, richt, berispt, scheldt en versmaadt. En wanneer ze hun bevlijtigen om de burgerlijke vrijheid te beschermen, dan moeten zij ieders knecht zijn en hun eigen vrijheid verliezen. Wanneer getrouwe regeerders zich op elk aangenaam zoeken te maken, dan worden zij om hunne verdiensten van elk gehaat. Wanneer zij het gemene best bevorderen, dan plagen zij hun eigen leven. Zij worden dagelijks overlopen. Zij hebben meer beschiks, meer zorgs, en veel meer bekommerende gedachten dan haren op de pan en schakelen aan een gouden keten worden getelt.

Gelijk enigszins kan worden gezien aan Similus, die van den keiser Adrianus tot de tweede persoon in 't keiserrijk verheerlijkt en afgedankt zijnde zeven jaren op zijn land een burgerlijk leven voerde, des bemerkende dat zijn sterfuur begon te naken, zijn grafsteen met deze woorden liet vervullen: "Hic Similis jacet cujus ætas multorum fuit annorum, ex quibus tantum septem vixit", 'tgeen vertaalt deze zin heeft: "Hieronder ligt Similis begraven, zijnde gekomen tot een hogen ouderdom en veel jaren; doch hij heeft daarvan niet meer dan zeven volkomen geleeft." Betekenende dat al die tijd die hij ten hof geleeft had voor geen leven was te schatten. Hierom hebben sommige 't hof geschat gelijk een huis, 't welk van huizen een groten en schonen gevel, maar van binnen geen gerieven heeft.

Of het nu wel alzo is dat de verheerlijkte mensen weinig goede dagen, rust en vrede bij hunne heerlijkheid hebben, zo bevinden wij evenwel dagelijks dat veel lieden, om zulk een onrustig leven eer en grote naam te bekomen, niet alleen hunne goederen, maar ook lijf en leven met voorbedachten rade en vrijwillig in het gevaar zetten onnodig, de historien daarvan op te slaan die ons een gehele menigte van zodanige zouden aanwijzen.

Van een geheel andere aard en nature was Christina, koninginne van Zweden, dochter van den groten Gustavus Adolphus, die Duitsland door het geklater van zijne wapenen en 't klinken van zijne zwaarden heeft doen sidderen en München, hoofdstad in Beieren, zegepralende vermeesterd, want als zij, eenige erfgenaam des rijks in volle heerlijkheid en glans als ooit een koninginne gehad heeft, in den jare 1650 met toestemmen van alle Rijksraden, door den aartsbisschop van Upsalen, met uitnemende toestel gekroond wiert, heeft men hun al verder zoeken te verheffen en te bevestigen in 't rijk door een huwelijk met den paltsgraaf Karel Gustaaf, haren neef; maar zij, alrede gevoeld hebbende de bekommeringen en lasten der gekroonde hoofden, heeft zodanig huwelijk met eerbied geweigert, tonende hun, óf uit godsdienstigheid, óf uit enig ander inzicht, meer tot de eenzaamheid dan trouw genegen; om dezelve dan te veiliger te beleven, heeft haar van alle last en bestier der regeringe uit eigen drift, ontlast en ontslagen, 't welk bij sommige een wonderlijke deugd, maar bij de verstandige als de grootste zotheid wiert geschat die ooit in 't hoofd van een vrouwe zoude mogen vallen, dragende dat op den 16 dag van Zomermaand 1654 den voorzeiden Karel Gustaaf, makende haarzelven van een soeverein een onderzaat, niet vanwegen enige noodzakelijkheid ofte onbekwaamheid, want wie zag ooit wijzer, voorzichtiger en kloekmoediger koninginne als deze?

Maar, als boven gezeid is, uit eigen beweginge, liefde tot de eenzaamheid, en lust om de wereld door te wandelen, volgende hierin na Scipio Africanus, welke, als hij grote lof en treffelijke naam door zijn heerlijke daden verkregen had, meer dan ooit iemand van de Romeinse hopmannen gehad heeft, ging het hof van Romen begeven en wonen in een klein landhuisken bij 't dorp Liternum, tussen Pinsel en Capua, alleen met dit onderscheid: dat Christina, nu los van de regeringe, de wereld wil gaan bezichtigen.

En, eens uit de koperbergen en steenrotsen die de Gotten eertijds verlaten hebben, daar hun lof en roem dus lang als besloten had geweest, eens aan Duitsland, Frankrijk, Italien en andere gewesten dezelve bekend maken ende zoete lucht vernemen, met welke reize bij haar al voor drie ofte vier jaren voorgenomen, wij 'r zullen volgen en zien de vreemde voorvallen hun in dezelve gebeurt en hoe zij 'rzelven in alles omzichtelijk heeft gedragen. ...

French translation (my own):

Voyages de Christine, reine de Suède, à travers les Pays-Bas, l'Allemagne, la France, l'Italie, etc.
Être roi et seul souverain a un grand nom, mais peu de repos, beaucoup d'ennuis, de travail, d'inquiétude, de danger et, de la part de beaucoup de gens, d'ingratitude, comme nous le prouve en vérité l'expérience dans Démosthène et Thémistocle, selon ce qu'Éliane et Plutarque témoignent, disant que les dangers, les labeurs et les travaux pour l'acquisition des honneurs et des gloires étaient en comparaison comme deux chemins, dont l'un s'étendait vers l'État, la majesté, la gloire et le prestige, et l'autre vers la mort. Or, s'ils avaient le choix de marcher dans l’une de ces deux voies, ils établiraient leurs lois et marcheraient dans l'autre, qui avait un accès étroit à la mort. Car ces sages savaient très bien quels efforts, quel travail, quels soins et quels dangers implique le gouvernement, et combien d'activités inquiétantes sont, quelle prudence leur appartient et quels accidents en font partie.

Car si l'on fait toutes choses avec la plus grande diligence, on ne peut pas en gagner des remerciements, mais il faut s'attendre à des louanges. Oui, ils doivent souffrir que tout le monde les loue, les juge, les réprimande, les gronde et les méprise. Et s'ils s'efforcent de protéger la liberté civile, ils doivent être les serviteurs de tous et perdre leur propre liberté. Lorsque des dirigeants fidèles cherchent à plaire à tout le monde, ils sont détestés par tous pour leurs mérites. Lorsqu'ils promeuvent le bien commun, ils nuisent à leur propre vie. Ils sont révisés quotidiennement. Ils ont plus d'atouts, plus de soucis et beaucoup plus de pensées anxieuses qu'on pourrait compter comme autant de cheveux sur du velours et de maillons dans une chaîne d'or.

Comme le montre quelque peu Similus, qui, depuis l'empereur Adrien jusqu'au deuxième personnage de l'empire, fut glorifié et rejeté, mena une vie civile dans son pays pendant sept ans, lorsqu'il s'aperçut que sa mort approchait, il laissa son que la pierre tombale soit inscrite avec ces mots: «Hic Similis jacet cujus ætas multorum fuit annorum, ex quibus tantum septem vixit», ce qui signifie: «Ici repose Similus enterré, ayant atteint un âge avancé et de nombreuses années, mais il n'a pas été pleinement vivants pour plus de sept d'entre eux.» Cela signifie que tout le temps qu'il a passé à la cour ne peut être considéré comme une vie. Pour cette raison, certains ont considéré la cour comme une maison, laquelle des maisons a une grande et belle façade, mais aucun confort à l'intérieur.

S'il est vrai que le peuple glorifié a peu de bons jours, de repos et de paix dans sa gloire, nous constatons quotidiennement que beaucoup de gens, pour obtenir l'honneur et un grand nom dans une vie aussi agitée, non seulement perdent leurs biens, mais ils ont aussi délibérément et volontairement mis la vie et l'intégrité physique en danger inutilement pour enregistrer des histoires qui nous en montreraient toute une multitude.

D'un caractère et d'une nature complètement différents était Christine, reine de Suède, fille du grand Gustave Adolphe, qui fit trembler l'Allemagne par le choc de ses armes et le bruit de ses épées et conquit triomphalement Munich, la capitale de la Bavière, car lorsqu'elle, la seule héritière du royaume dans toute sa gloire et sa splendeur comme jamais une reine, fut couronnée d'un excellent équipement en 1650 avec le consentement de tous les conseils impériaux, par l'archevêque d'Uppsala, ils continuèrent à chercher à l'élever et la confirmer dans le royaume par un mariage avec le comte palatin Charles Gustave, son cousin; mais elle, ayant déjà ressenti les soucis et les fardeaux des têtes couronnées, refusa respectueusement un tel mariage, se montrant, soit par religiosité, soit par quelque autre raison, plus enclines à la solitude qu'à la loyauté.

Afin d'en faire l'expérience avec plus de sécurité, elle a été soulagée et libérée de tous les fardeaux et ordres du gouvernement par sa propre passion, ce qui est une vertu merveilleuse pour certains, mais pour les intelligents, elle était considérée comme la plus grande folie qui ait jamais tombé d'une tête de femme, portant que le 16 juin 1654, ledit Charles Gustave, se faisant sujet d'un souverain, non par nécessité ou par incompétence, car qui a jamais vu une reine plus sage, plus prudente et plus courageuse que cette-ci?
Mais, comme nous l'avons dit plus haut, l'amour de la solitude et le désir de parcourir le monde, suivant en cela Scipion l'Africain, qui, s'il avait obtenu de grands éloges et une bonne réputation par ses actes glorieux, plus que jamais un des marchands romains, est allé à la cour de Rome et a vécu dans une petite maison de campagne près du village de Linterne, entre Pinsel et Capoue, avec la seule différence: que Christine, désormais libérée du gouvernement, veut voir le monde.

Et, une fois éloignée des montagnes et des rochers de cuivre que les Goths avaient autrefois laissés, parce que leur louange et leur renommée étaient décidées depuis longtemps, elle se laissa connaître en Allemagne, en France, en Italie et dans d'autres régions et ressentit le doux air de  le voyage qui était déjà prévu depuis trois ou quatre ans, nous la suivrons et verrons les événements étranges qui lui sont arrivés et comment elle s'est comportée avec prudence en tout. ...

Swedish translation (my own):

Kristinas, Sveriges drottnings, resor genom Nederländerna, Tyskland, Frankrike, Italien, osv.
Att vara kung och ensam härskare har ett stort namn, men lite vila, mycket besvär, arbete, oro, fara och, från många människor, otacksamhet, vilket erfarenheten sannerligen bevisar för oss i Demosthenes och Themistokles, enligt vad Ælianus och Plutarchos betygar om, sägande att farorna och mödan för att förvärva äror var i jämförelse som två vägar, av vilka den ena sträckte sig till stat, majestät, ära och prestige, och den andra till döden. Om de nu hade valet att gå på ett av dessa två sätt, skulle de fastställa sina lagar och gå på det andra, som hade en trång tillgång till döden. Ty dessa vise män visste mycket väl vilken ansträngning, arbete, omsorg och fara som är involverade i regeringen, och hur många oroväckande aktiviteter som är, vilken försiktighet som tillhör dem och vilka olyckor som är en del av dem.

Ty om man gör allt med största flit, kan man därigenom inte förtjäna tack, men beröm är att vänta. Ja, de får lida att alla berömmer dem, dömer dem, tillrättavisar dem, skäller ut dem och föraktar dem. Och om de strävar efter att skydda den medborgerliga friheten, måste de vara allas tjänare och förlora sin egen frihet. När trogna härskare försöker behaga alla, hatas de av alla för sina förtjänster. När de främjar det gemensamma bästa plågar de sina egna liv. De granskas dagligen. De har fler tillgångar, fler bekymmer och många fler oroliga tankar än vad som kan räknas som många hårstrån på sammet och länkar i en gyllene kedja.

Som något kan ses av Similus, som från kejsar Adrianus till den andra personen i riket, förhärligades och förkastades, förde ett civilt liv på sitt land i sju år, när han märkte att hans död närmade sig, lät han sin  gravstenen vara inskriven med dessa ord: »Hic Similis jacet cujus ætas multorum fuit annorum, ex quibus tantum septem vixit«, som översatt har denna betydelse: »Här ligger Similus begravd, efter att ha uppnått en hög ålder och många år, men han har inte varit  fullt levande i mer än sju av dem.« Vilket betyder att hela tiden han levt vid hovet inte kunde betraktas som en livstid. Av denna anledning har några uppskattat gården som ett hus, vilket av husen har en stor och vacker fasad, men inga bekvämligheter inom.

Huruvida det är sant, att det förhärligade folket har få goda dagar, vila och frid i sin härlighet, så finner vi dagligen, att många människor, för att vinna ära och ett stort namn i ett så oroligt liv, inte bara förlora sina gods, utan de även avsiktligt och frivilligt försätter liv och lem i onödan för att uppteckna historien därav som skulle visa oss en hel mängd sådana.

Av en helt annan karaktär och natur var Kristina, Sveriges drottning, dotter till den store Gustav Adolf, som fick Tyskland att darra av sina vapen och ljudet av sina svärd och triumferande erövrade München, Bayerns huvudstad, för när hon, den ende arvtagaren till riket i full ära och prakt som alltid en drottning hade, kröntes med utmärkt utrustning år 1650 med samtycke av alla Riksråden, av ärkebiskopen i Uppsala, de fortsatte att söka upphöja henne och att konfirmera henne i riket genom ett äktenskap med pfalzgreven Karl Gustav, hennes kusin; men hon, som redan hade känt de krönta huvudens bekymmer och bördor, vägrade respektfullt ett sådant äktenskap och visade dem, antingen av religiositet eller av någon annan insikt, mer benägna till ensamhet än till trohet.

För att uppleva det säkrare har hon blivit befriad från alla bördor och order från regeringen av sin egen passion, vilket är en underbar dygd för vissa, men för de förståndiga uppskattades som den största dårskap som någonsin korsat föll från en kvinnas huvud, bärande att den 16 juni 1654, den förutnämnde Karl Gustav, som gjorde sig till en suverän undersåte, inte av någon nödvändighet eller inkompetens, ty vem någonsin såg en klokare och modigare drottning än det här?

Men, som ovan sagts, av egen vilja kärlek till ensamheten och lust att vandra genom världen, följa i detta efter Scipio Africanus, som, om han genom sina härliga gärningar hade erhållit stort beröm och ett gott namn, mer än någonsin en av de romerska köpmännen, gick till Roms hov och bodde i ett litet hus på landet nära byn Liternum, mellan Pinsel och Capo, med den enda skillnaden: att Kristina, nu fri från regeringen, vill se världen.

Och när hon väl var borta från kopparbergen och klipporna som goterna en gång lämnade, eftersom deras beröm och berömmelse sedan länge var avgjord, lät hon sig göras känd för Tyskland, Frankrike, Italien och andra regioner och för att känna den ljuva luften av resan som redan hade planerats i tre eller fyra år kommer vi att följa henne och se de märkliga händelserna som hände henne och hur hon betedde sig försiktigt i allt. ...

English translation (my own):

Travels of Kristina, Queen of Sweden, through the Netherlands, Germany, France, Italy, etc.
To be a king and sole ruler has a great name, but little rest, much trouble, labour, worry, danger, and, from many people, ingratitude, as experience verily proves to us in Demosthenes and Themistocles, according to what Ælianus and Plutarch testify, saying that the dangers, toils and labours for the acquisition of honours and glories were in comparison like two roads, one of which extended to state, majesty, glory and prestige, and the other to death. Now, if they had the choice to walk in one of these two ways, they would set down their laws and walk in the other, which had a narrow access to death. For these wise men knew very well what effort, labour, care and danger are involved in government, and how many worrisome activities are, what prudence belongs to them and what accidents are part of them.

For, if one does all things with the utmost diligence, one cannot thereby earn thanks, but praise is to be expected. Yes, they must suffer that everyone praises them, judges them, rebukes them, scolds them and despises them. And if they endeavour to protect civil liberty, they must be the servants of all and lose their own liberty. When faithful rulers seek to please everyone, they are hated by everyone for their merits. When they promote the common good, they plague their own lives. They are reviewed daily. They have more assets, more cares, and many more anxious thoughts than could be counted as many hairs on velvet and links in a golden chain.

As can be somewhat seen from Similus, who, from the emperor Adrianus to the second person in the empire, was glorified and discarded, led a civil life on his country for seven years, when he noticed that his death was approaching, he let his tombstone be inscribed with these words: "Hic Similis jacet cujus ætas multorum fuit annorum, ex quibus tantum septem vixit", which translated has this meaning: "Here lies Similus buried, having reached an old age and many years, but he has not been fully alive for more than seven of them." Meaning that all the time he had lived at court could not be esteemed as a lifetime. For this reason, some have estimated the court as a house, which of houses has a large and beautiful facade, but no comforts within.

Whether it is true that the glorified people have few good days, rest and peace in their glory, we daily find that many people, in order to obtain honour and a great name in such a restless life, not only lose their goods, but they also deliberately and voluntarily put life and limb in danger unnecessarily to record the histories thereof that would show us a whole multitude of such.

Of a completely different character and nature was Kristina, Queen of Sweden, daughter of the great Gustav Adolf, who made Germany tremble by the clash of his weapons and the sound of his swords and triumphantly conquered Munich, the capital of Bavaria, because  when she, the only heir to the kingdom in full glory and splendour as ever a queen had, was crowned with excellent equipment in the year 1650 with the consent of all the Imperial Councils, by the Archbishop of Uppsala, they continued to seek to elevate her and to confirm her in the kingdom through a marriage with the Count Palatine Karl Gustav, her cousin; but she, having already felt the cares and burdens of the crowned heads, respectfully refused such a marriage, showing them, either from religiosity or from some other insight, more inclined to solitude than to loyalty.

In order to experience it more safely, she has been relieved and freed from all burdens and orders of the government out of her own passion, which is a wonderful virtue for some, but for the intelligent was estimated as the greatest folly that ever crossed fell from a woman's head, bearing that on the 16th day of June 1654, the aforementioned Karl Gustav, making for herself a subject of a sovereign, not out of any necessity or incompetence, for who ever saw a wiser, more prudent and more courageous queen than this?

But, as has been said above, of her own accord, love of solitude and desire to walk through the world, following in this after Scipio Africanus, who, if he had obtained great praise and a good name by his glorious deeds, more than ever one of the Roman merchants, went to the court of Rome and lived in a small country house near the village of Liternum, between Pinsel and Capua, with the only difference: that Kristina, now free from the government, wants to see the world.

And, once she was away from the copper mountains and rocks that the Goths once left, because their praise and fame had long been decided, she let herself be made known to Germany, France, Italy and other regions and to feel the sweet air of the journey that had already planned for three or four years, we will follow her and see the strange events that happened to her and how she behaved herself cautiously in everything. ...

No comments:

Post a Comment